met je elfensnoetje,
ik wil geen propaganda bedrijven
maar je maakt het me zo moeilijk,
o grote man in je strakke pak
ik heb je platgegoogled weet je dat
altijd tot in de puntjes verzorgd
je haren netjes in model
ik zie het wel, ik zie het wel
ik zag je foto in die legerbroek bij de rivier
de hengel mannelijk geheven,
bijna reikend tot de andere oever,
weet je nog bij de KGB,
hoe je de jongens liet kronkelen,
en nu overal die foto’s in je blote bast,
foto’s waarop je een groot hard pistool in je hand houdt,
foto’s waarop je je wijsvinger opsteekt,
het is een dikke vinger
en soms houd je hem dicht bij je mond,
o Vladimir, wij hoeven geen propaganda te bedrijven,
dat hebben wij niet nodig, jij en ik,
aan een gebaar heb ik genoeg,
als je scheef naar me kijkt uit je ooghoeken,
Vladimir Vladimirovitsj,
neusaapje van me,
dan hoef je verder niks te zeggen,
laten we stil zijn,
laten we stil zijn met z’n tweetjes,
laat die mensen buiten maar schreeuwen.
Alexis de Roode
Uit de bundel Een steen openvouwen, Uitgeverij Podium, 2017